Geitenfeiten
De vrouwelijke geiten worden ooien genoemd, de mannelijke
geiten bokken en de jonge geitjes lammeren. De gecastreerde
bokken noemen wij een weer en een geit die noch mannelijk
noch vrouwelijk is, wordt een kween genoemd.
Melkgeiten zijn doorgaans sterke, intelligente, sobere en
aanhankelijke dieren met een eigen wil en zeer productief.
De gemiddelde leeftijd die zij kunnen bereiken is acht tot
twaalf jaar.
De Fokkerij
De fokkerij van
melkgeiten is aan seizoenen gebonden. Ze zijn paringsbereid
(boks, tiels, willig, tochtig, runs, speuls, enz.) van het
eind van de zomer tot het begin van de winter.
De eisprong vindt
dan om de achttien tot eenentwintig dagen plaats. De
vruchtbaarheidsperiode duurt vervolgens, afhankelijk van het
dier, een paar uur tot enkele dagen. De drachtigheidsperiode
bedraagt vijf maanden.
De geboorte van
één-, twee- en drielingen is normaal.
Na de geboorte is de ooi tien maanden te melken en staat dan
de laatste twee maanden van de volgende dracht droog.
Bokken hebben in het dekseizoen een sterke doordringende
muskusachtige geur, maar met een nette verzorging is dit te
beperken. De ooien verspreiden weinig of geen geur. De
kleinere geitenhouder gaat meestal naar een bokhouder om de
ooien te laten dekken. Zeker van de door de NOG goedgekeurde
stamboekbokken kunt u goede nafok verwachten.
K.I. kan ook een optie zijn , hoewel dit nog weinig wordt
toegepast.
Lammeren kunnen doorgaans gedekt worden op een leeftijd van
zeven tot tien maanden, afhankelijk van het ras. Ze moeten
wel in een goede conditie zijn en goed volgroeid. Het
gewicht van het lam moet in relatie tot het ras staan.
Stamboekbokken worden als ze vier maanden oud zijn ingezet
voor dekkingen. Meestal later, aangezien het dekken anders
teveel ten koste van de groei gaat. Bokken zijn extra
kieskeurig in het dekseizoen en leven voor een deel van de
“liefde”. De eetlust loopt terug.
De jonge bokken en ooien zijn vroeg geslachtsrijp. Ze kunnen
het beste op een leeftijd van twaalf tot veertien weken van
elkaar worden gescheiden om ongewilde paringen te voorkomen.
De meeste geiten
zijn seizoengebonden vruchtbaar, dit wordt door het daglicht
en de temperatuur beïnvloed. Men kan de
vruchtbaarheidscyclus van de ooien beïnvloeden door het
daglicht dat het dier bereikt te beperken.
Verder heeft de dierenarts hormonale middelen die de
vruchtbaarheid forceren.
Voeding
Geiten worden gevoerd afhankelijk van wat ze nodig hebben.
Een melkgevend dier, een opgroeiend dier, alleen voor eigen
onderhoud, groot of klein, een actief of passief dier, in
koude of warmte, alle hebben ze een eigen rantsoen nodig.
Dagelijks voldoende vers schoon water hoort als basis
aanwezig te zijn. De geit houdt van netjes en proper.
Drinken en voedsel dat hieraan niet voldoet wordt gemeden.
Een basisrantsoen kan bestaan uit de normale A-runderbrok en
hooi van goede kwaliteit. Het kan aangevuld worden met
andere producten zoals oud brood, pulp, gehakselde maïs,
Wees heel voorzichtig met wijzigingen in het rantsoen en doe
dat vooral zeer geleidelijk. De geit heeft ondanks dat zij
van alles lust een gevoelige maag. Die kan ernstig ontregeld
raken en zelfs tot de dood leiden.
In het voorjaar
ook heel geleidelijk laten wennen aan weidegras. Goed hooi
blijven bijvoeren.
Een rundermineralenliksteen, te verkrijgen bij de
fouragehandel, vormt een waardevolle aanvulling op het
rantsoen.
Ze hebben een eenvoudige huisvesting nodig. De dieren moeten
in een schone, droge, goed geventileerde, condens- en
tochtvrije, lichte ruimte kunnen verblijven. Op een vloer
die volgens de overheid vloeistofdicht behoort te zijn.
Daarop kan men stro of hennepvezels strooien. De overheid is
ook van mening dat de mestopslag vloeistofdicht behoort te
gebeuren. Dit is een onderdeel van de mestwetgeving.
Geiten zijn kuddedieren en geven er de voorkeur aan om in
een kudde te verblijven. Een melkgeit alleen in een stal is
een (te) eenzaam bestaan voor het dier.
Ooien hebben
minimaal 1,5 m² ruimte nodig om te kunnen liggen.
Bokken kan men beter gescheiden
houden van de ooien. Voor een bok is minimaal 3 m² ruimte
nodig.
Op een leeftijd van maximaal veertien dagen kan men de
lammeren laten onthoornen bij de dierenarts. Ligt de huid
los op de horenknobbels dan zal het dier horenloos geboren
zijn. Kijk voor alle zekerheid dan even extra nauwkeurig of
er geen sprake is van intersex, tweeslachtigheid.
De hoefjes zullen regelmatig bekapt moeten worden ten
behoeve van een correcte beenstand. Dit om ziekten en
gebreken te voorkomen. Ze blijven doorgroeien. Men kan de
hoeven knippen of snijden. Laat het eerst een keer voordoen
door iemand die deskundig is.
Om te beoordelen of de geit goed gezond is, moet men weten
dat de pols gemiddeld 83 keer per minuut slaat. Zorgwekkend
wordt het indien het meer is dan 115 en minder dan vijftig.
De ademhaling gaat ongeveer negenentwintig keer per minuut,
variërend tussen de vijftien en vijftig.
De temperatuur is 39 à 40 graden Celsius.
Het is zeker aan te bevelen uw
dieren regelmatig te ontwormen en te variëren met
ontwormingsmiddelen.
MELKEN
In de hele wereld wordt er van
geen enkel dier meer melk gedronken dan van de geit.
Het is belangrijk
dat je de dieren op vaste tijden melkt, ’s morgens en ’s
avonds. Dit kan met de hand en/of machinaal. Beide manieren
behoren zeer hygiënisch te gebeuren.
Melk je met de hand dan sluit je de speen onder aan de uier
met duim en wijsvinger goed af. Waarna met de andere vingers
de melk uit de speen wordt geduwd. Rustig aan doen, niet
rukken en trekken. Dit is slecht voor de uier.
Geitenmelk staat bekend om de medicinale werking en de zeer
goede verteerbaarheid. Het is zeer gezond voor zieken,
baby’s en ook voor zeer jonge zoogdieren.
WEIDEN
Melkgeiten zullen best gaan grazen in een groene grazige
weide, maar ze houden van grasland met een gevarieerd
plantenaanbod. Dit kunnen kruiden zijn, wat gras en ook
houtachtige gewassen. Voorkom overbeweiding, dat komt het
gras en de geit ten goede. Het voorkomt bij de geiten ook
een overmatige worminfectiedruk.
Het eerste wat een geit controleert in een weiland is de
afrastering. Schrikdraad bevalt goed. Vroeger zaten de
geiten buiten vaak aan een ketting of touw vast. Dit heeft
niet de voorkeur.
Men moet wel oppassen voor loslopende honden, dit kan
gevaarlijk zijn.
Zeker
hoogproductieve dieren zijn erg gevoelig voor wisselende en
extreme weersomstandigheden. Een droog en tochtvrij
onderkomen moet ter beschikking zijn.
Geitenmelk wordt
gebruikt om te drinken en in voedselbereiding (pap, cake
bakken, enz.). Verder wordt het gebruikt voor het bereiden
van kaas, boter, ijs, yoghurt, snoep, zeep en andere
lichaamsverzorgingsproducten.
Geitenmelk is
witter dan koemelk. Boter en kaas bereid met geitenmelk is
wit, maar door de bereidingswijze kan het veranderen van
kleur. Vanwege de kleine vetmoleculen zijn de geitenmelk en
haar producten licht verteerbaar en smaken romig.
Geitenmelk kan dienen als alternatief melkproduct voor kinderen en volwassenen met koemelkallergie.
.